Rechter weigert materiaal van grand jury in zaak Ghislaine Maxwell openbaar te maken

Washington — Een federale rechter heeft maandag een verzoek van de regering-Trump afgewezen om materiaal van de grand jury openbaar te maken in de zaak van Ghislaine Maxwell , de oude handlanger van wijlen zedendelinquent Jeffrey Epstein die een gevangenisstraf van 20 jaar uitzit voor sekshandel. Volgens hem staat er niets in het dossier van de grand jury dat nieuw licht op de zaak zou kunnen werpen.

Rechter Paul Engelmayer van de Amerikaanse districtsrechtbank voor het zuidelijke district van New York verwierp maandagochtend in een 31 pagina's tellend bevel het verzoek van het ministerie van Justitie om het materiaal openbaar te maken. In de processtukken betoogden advocaten van het ministerie van Justitie dat de omstandigheden van de zaak Maxwell de openbaarmaking van de transcripties en bewijsstukken van de grand jury rechtvaardigden, die doorgaans geheim blijven. Engelmayer verwierp dat argument.

"Het beroep van de regering op bijzondere omstandigheden schiet echter tekort bij de drempel", schreef Engelmayer. "De hele premisse – dat de documenten van de Maxwell grand jury zinvolle nieuwe informatie zouden opleveren over de misdaden van Epstein en Maxwell, of over het onderzoek van de regering daarnaar – is aantoonbaar onjuist."

In juli vroeg het ministerie van Justitie aan de rechters die verantwoordelijk waren voor de Maxwell- en Epstein-zaken om het materiaal van de grand jury vrij te geven dat de basis vormde voor de federale aanklachten tegen hen. Deze stap werd gezet te midden van verontwaardiging over het onderzoek van het ministerie naar de zogenaamde "Epstein-dossiers" en het besluit om geen aanvullende documenten vrij te geven die in het bezit van de overheid waren.

CBS News heeft Maxwells juridische team om commentaar gevraagd. Maxwell blijft haar veroordeling uit 2021 aanvechten.

Haar advocaten verzetten zich tegen de poging van het ministerie van Justitie om de getuigenissen en bewijsstukken openbaar te maken. Zij schreven dat hun cliënt "geen andere keus had dan zich respectvol te verzetten" tegen de vrijgave.

In de talrijke gerechtelijke documenten die voorafgingen aan de beslissing van Engelmayer, erkende het ministerie van Justitie dat de transcripties van de grand jury, met getuigenissen van slechts twee wetshandhavingsfunctionarissen, grotendeels al openbaar waren gemaakt tijdens de rechtszaak van Epstein en Maxwell.

Engelmayer schreef dat hij, na een rechterlijke toetsing van het materiaal van de grand jury, tot de conclusie was gekomen dat de vrijgave "geen nieuwe, belangrijke informatie zou onthullen."

"Ze bespreken of identificeren geen enkele cliënt van Epstein of Maxwell. Ze onthullen geen tot nu toe onbekende middelen of methoden voor de misdaden van Epstein of Maxwell", schreef Engelmayer. "Ze onthullen geen nieuwe locaties waar hun misdaden plaatsvonden. Ze onthullen geen nieuwe bronnen van hun rijkdom. Ze onderzoeken de omstandigheden van Epsteins dood niet. Ze onthullen niet de richting van het overheidsonderzoek."

"Voor zover het verzoek tot openbaarmaking impliceert dat de materialen van de grand jury een onontgonnen mijn van niet openbaar gemaakte informatie over Epstein of Maxwell of bondgenoten vormen, zijn ze dat absoluut niet", vervolgde Engelmayer, die de rechtvaardiging van de regering-Trump voor het openbaar maken van de documenten bekritiseerde als "oneerlijk".

"Een lid van het publiek, die beseft dat de materialen van de Maxwell-grand jury niets bijdragen aan de publieke kennis, zou tot de conclusie kunnen komen dat de motie van de overheid om deze openbaar te maken niet gericht was op 'transparantie', maar op afleiding - niet op volledige openbaarmaking, maar op de illusie daarvan", schreef hij.

• Ghislaine Maxwell
• Jeffrey Epstein