Zoveel Nederlanders beleggen: ‘Je kunt niet vroeg genoeg beginnen’
%3Aformat(jpeg)%3Abackground_color(fff)%2Fhttps%253A%252F%252Fwww.metronieuws.nl%252Fwp-content%252Fuploads%252F2021%252F07%252Fmanieren-niet-beleggen.jpg&w=1920&q=100)
Beleggen is allang niet meer voorbehouden aan snelle jongens in pak. Een kwart van de Nederlanders zegt dat zij, of hun partner, de sprong naar de beurs wagen, of cryptovaluta hebben. Vooral jongeren, mannen en rijkere mensen beleggen gretig.
Dat meldt RaboResearch op basis van een enquête onder bijna 1900 Nederlanders.
Vooral vermogenden en mensen met een hoger inkomen beleggen vaker. Volgens de bank is het opvallend dat jongeren aanzienlijk vaker beleggen dan ouderen. Zo belegt 35 procent van de 25- tot en met 34-jarigen, tegen 20 procent van de 55- tot en met 64-jarigen. Ook tussen mannen en vrouwen is er een flink verschil: 31 procent van de mannen belegt, tegenover 18 procent van de vrouwen. Daarnaast hebben deelnemers met een hbo/wo-opleidingsniveau vaker beleggingen.
De belangrijkste reden om te beleggen is ‘om vermogen op te bouwen’(71 procent), met kort daarachter ‘omdat het rendement doorgaans hoger is dan de spaarrente’ (66 procent). Daarna volgt ‘om sneller mijn doelen te halen’ (34 procent) en ‘als leuke manier om met geld bezig te zijn’ (32 procent).
‘Ik vind beleggen te risicovol’ (54 procent) is de voornaamste reden om niét te beleggen, gevolgd door ‘ik weet te weinig van beleggen’ (45 procent), ‘ik heb geen geld over om te beleggen’ (34 procent) en ‘ik vind het te ingewikkeld’ (30 procent).
Volgens Mary Pieterse-Bloem, verantwoordelijk voor het beleggingsbeleid van Rabobank, is het positief dat de bereidheid om te beleggen relatief hoog is onder jongeren. „Je kunt niet vroeg genoeg beginnen met het opbouwen van vermogen om te profiteren van rendement op rendement. En juist jongeren hebben een lange beleggingshorizon die hen in staat stelt grote bewegingen in de financiële markten op te vangen.”
Mandjes van aandelen, obligaties of een mix daartussen – zogeheten fondsen en trackers (ETF’s) – zijn de populairste beleggingsinstrumenten. Dat geldt voor alle leeftijdsgroepen en vermogensgroepen. 62 procent van de beleggers heeft deze fondsen en trackers. Daarmee zijn ze populairder dan individuele aandelen en obligaties, die door 46 procent van de beleggers worden genoemd.
Ook crypto’s hebben een plek ingenomen in de beleggingsportefeuille. Inmiddels heeft 26 procent van de Nederlandse beleggers cryptovaluta of een zogeheten cryptotracker. Het aandeel cryptobeleggers ligt onder 18- tot en met 54-jarigen op ongeveer 34 procent. Beleggers van 55 jaar tot en met 80 jaar zitten wel aanzienlijk minder vaak in crypto (13 procent). Metro legde eerder aan twee experts voor: is crypto een slimme investering of een financiële valkuil?
„Het onderzoek laat zien dat het beeld van crypto als een niche waarin vooral jongeren beleggen niet klopt”, aldus Pieterse-Bloem. „Crypto’s vormen inmiddels een serieus onderdeel van de beleggingsstrategie van veel Nederlanders in alle leeftijdscategorieën, ondanks dat het relatief volatiel (vluchtig, red.) en risicovol is.”
De meeste cryptobeleggers steken niet al hun geld in digitale munten. Gemiddeld houden cryptobeleggers ongeveer de helft van hun vrij beschikbare vermogen aan als spaargeld, een kwart in crypto’s en een kwart in aandelen, obligaties, fondsen en trackers. „De meeste cryptobeleggers maken crypto onderdeel van een brede vermogensmix. Die diversificatie is verstand”, zegt Pieterse-Bloem.
Het grootste deel heeft, naast de beleggingen, ook spaargeld. Beleggers houden gemiddeld genomen 52 procent van hun vrij beschikbare vermogen aan als spaargeld.
Toch zegt ook 13 procent van alle beleggers en 10 procent van de beleggers die (ook) crypto hebben, geen spaargeld te hebben. „Terwijl de waarde van spaargeld minder fluctueert dan de waarde van beleggingen, waarmee spaargeld een zekerdere buffer is voor financiële tegenslagen.” Sparen zorgt overigens niet alleen voor een gezondere financiële situatie, maar heeft ook een positief effect op je mentale welzijn.
Metro Holland