De Crew Dragon-capsule van SpaceX koppelt aan bij het ISS

Hun verblijf zal naar verwachting ongeveer zes maanden duren. Een bemanning van vier, waaronder een Rus, gelanceerd door NASA en SpaceX aan boord van de SpaceX Crew Dragon-capsule, koppelde zaterdag 2 augustus aan bij het Internationale Ruimtestation (ISS). SpaceX bevestigde hun aankomst op sociale media met een video waarop te zien is dat er om 8:27 uur (Parijse tijd) contact is met het ISS, hoog boven de zuidoostelijke Stille Oceaan.

De Amerikaanse astronauten Zena Cardman en Mike Fincke, de Japanse astronaut Kimiya Yui en Roscosmos-kosmonaut Oleg Platonov vertrokken vrijdagochtend vanaf het Kennedy Space Center in Florida . Hun capsule was gemonteerd op een Falcon 9-raket.

Dit is de elfde bemanningsrotatiemissie naar het ISS onder het Commercial Crew-programma van NASA, dat is opgezet als opvolger van het Space Shuttle-tijdperk door samen te werken met de particuliere sector.

"We hebben koude drankjes en warm eten en we wachten op jullie. Tot snel," zei de ISS-bemanning kort na het contact tegen de nieuwkomers, volgens de online geplaatste video. "Hallo, ruimtestation, Crew-11 is er en we zijn erg blij om jullie te vergezellen," antwoordde Mike Fincke.

Tijdens de zes maanden durende missie zal Crew-11 maanlandingsscenario's simuleren die zich nabij de zuidpool van de maan zouden kunnen voordoen als onderdeel van het door de VS geleide Artemis-programma voor terugkeer naar de maan. Ze zullen ook de effecten van zwaartekracht testen op het vermogen van astronauten om ruimtevaartuigen te besturen, waaronder toekomstige maanlanders.

Het ISS, een vliegend laboratorium, is sinds 2000 permanent bewoond en dient als een belangrijke testomgeving voor ruimteonderzoek, met name voor potentiële missies naar Mars. Crew-11 heeft ook Armeense granaatappels aan boord, die vergeleken zullen worden met een controlegroep op aarde om de invloed van microzwaartekracht op de gewasgroei te bestuderen.

Het ISS, een model voor internationale samenwerking tussen Europa, Japan, de Verenigde Staten en Rusland, begon in 1998 met de assemblage. De pensionering stond gepland voor 2024, maar NASA schatte in dat het tot 2030 operationeel zou kunnen zijn.