Arcachon Bay: de Pilatduin, een monument van zand in voortdurende beweging gedurende duizenden jaren

De Duin van Pilat zoals we die nu kennen, is het resultaat van een lang geologisch proces dat begon in 4000 v.Chr. en zich voortdurend oostwaarts verplaatst, gedreven door westenwinden.
Je zou denken dat hij leeft: zie hoe hij van kleur verandert onder de wolken en zich uitstrekt langs de kust, zie hoe hij zich laat strelen door de westenwind en centimeter voor centimeter het bos opvreet. Met een hoogte van 101 meter, een lengte van 2,9 kilometer en een breedte van 616 meter neemt de Duin van Pilat veel ruimte in beslag aan de kust van de Gironde.
Het staat tussen het Bekken en de oceaan. Op een ochtend in augustus, heel vroeg een paar jaar geleden, toen de schemering voor de dag verdween, wachtte Brigitte op de zon terwijl ze naar de Duin en de groene oceaan van pijnbomen keek. Het universum stroomde over haar ogen: "Het is een uitzonderlijke plek, een extreem, buitensporig landschap, deze ietwat absurde zandmassa tussen het bos en de zee. Het is zo puur." Nee, Brigitte, niets is absurd, alles (of bijna) kan op onze planeet worden verklaard.
De Duin van Pilat is er niet, zo hoog, zo imposant, zo lang, zo breed, toevallig. Het is een verhaal van klimaatcycli. 4000 jaar geleden waren er hier alleen moerassen en bomen, dennen, elzen, eiken. We waadden en het was koud. De Co(o)rniche bestond toen nog niet eens. Pas toen werd het klimaat droger en de westenwind duwde het zand op het land, waardoor de eerste duinen ontstonden, 30, 40 meter hoog. Ze bedekten de bomen en moerassen om van hen en de grond paleosolen te maken, deze grote zwarte platen die de voet van de Duin vandaag de dag in lagen vormen en die lijken op fossielen uit vervlogen tijden.
Van Graf tot PilatDe eeuwen verstreken, soms natter en een terugkeer van de vegetatie, soms droger, waardoor het zand al het groen opslokte. Tijdens het tweede millennium n.Chr. waaide de wind nog steeds, waardoor er steeds meer zand met de kustverstuiving werd meegevoerd, waardoor de oude duinen bedekt werden en er nieuwe duinen ontstonden, steeds hoger, tot wel 100 meter hoog, voor de duinen die we de Duin van Grave zijn gaan noemen. Aan het begin van de 19e eeuw werden er dennenbomen geplant om de Duin te stabiliseren en de moerassen te ontwateren.
Mensen denken altijd dat ze sterker zijn dan alles. Dat is niet waar: de oceaan en de wind doen wat ze willen.
Mensen geloven altijd dat ze sterker zijn dan wat dan ook. Dat is niet waar: de oceaan en de wind doen wat ze willen. Zoveel zand kwam vanuit de zee, langs de kust van de Gironde, om te storten op de ingang van het Bassin d'Arcachon. Een nieuwe duin overspoelt de Duin van Grave en verzwelgt de hulpeloze pijnbomen: de Duin van Pilat, de zandhoop in Gascon. De zandhoop, 55 miljoen m³ (24 keer het volume van de piramide van Cheops in Egypte, toch!), miljarden en miljarden zandkorrels, elk gemiddeld 0,00001562 gram wegend en allemaal met een diameter van 0,35 millimeter.
Deze siliciumkorrels zijn piepklein. Ze wegen niets. Een ademteug brengt een zandkorrel in beweging. Nou ja, een ademteug, iets meer dan een ademteug dan. Zodra de windsnelheid 25 km/u bereikt, stijgen de zandkorrels op.
En zij zijn de belangrijkste actoren van de Duin, zij die haar vormen en in beweging brengen. 4000 jaar om te worden wat ze nu is, en een voortdurende beweging naar het oosten, voortgestuwd door de westenwind. De Duin blijft niet op zijn plaats, hij beweegt zich altijd voort. Als de heersende winden in de regio uit het oosten zouden komen, zou de Duin de andere kant opgaan. Het spreekt voor zich dat het morgen niet zal gebeuren, want het zal niet gebeuren. Hier is de westenwind het sterkst. Mensen leren dit elke winter opnieuw.
OnverbiddelijkNiemand zal hem tegenhouden. Op een dag zal hij de kampeerterreinen aan zijn voet opslokken.
De beweging van de Duin is een zeer geordend mechanisme. De zandkorrels bewegen door middel van saltatie, een verrassend woord dat in de dans, in de biologie voor de snelle transformatie van een soort of in de geomorfologie wordt gebruikt om de transportmodi van erosiemateriaal aan te duiden. De zandkorrels dansen niet, ze transformeren niet, maar worden door de wind (vanaf 25 km/u) heen en weer geslingerd en maken kleine sprongetjes terwijl ze achter elkaar op elkaar landen. Eenmaal boven op de Duin tuimelen ze één voor één naar beneden, richting het bos.
En al deze microscopisch kleine verschuivingen zorgen er samen voor dat de Duin elk jaar 1 tot 5 meter naar het oosten opschuift. Met het blote oog is er niets te zien, maar je hoeft alleen maar naar de halfbegraven dennenbomen aan de voet van de Duin te kijken om te begrijpen wat er gebeurt: de onontkoombare, permanente beweging richting het bos. Niemand zal hem tegenhouden. Op een dag zal hij de kampeerplaatsen aan zijn voet opslokken. Op een dag zal hij de weg naar Biscarrosse wegvreten. En dan zal hij, in het westen, alleen de blauwe oceaan achterlaten, waar mensen zullen baden terwijl ze naar de Duin staren...
SudOuest