Verslaggever slaapt een nacht op een rotswand - naast hem daalt het 400 meter de diepte in


Geen hotelbed, geen grond onder je voeten: in Noorwegen kunnen waaghalzen overnachten in een hangende tent – 400 meter boven de afgrond. "Galileo"-verslaggever Vincent Dehler waagde zich aan het avontuur.
In Tyssedal, Noorwegen, runnen Esther en Ricard een ongewoon bedrijf: overnachtingen in portaledges, tenten die aan rotswanden hangen. Het idee komt oorspronkelijk uit de extreme sportwereld en trekt nu nieuwsgierige reizigers van over de hele wereld.
Galileo-verslaggever Vincent Dehler durft het avontuur aan. Voordat de nacht op de muur begint, wacht hem het zware werk. 500 meter klimmen op de via ferrata, 25 kilo aan uitrusting, proviand en een noodpakket. Hoogtevrees en een goede fysieke conditie zijn essentieel. Eenmaal boven moet Vincent zijn eigen slaapplek veiligstellen – honderden meters lucht onder hem. Eerst overwint hij de uitdaging, dan is hij trots: de portaledge hangt stevig.
Schapenvacht en een slaapzak zorgen voor comfort , en een avondmaaltijd, verzorgd door de gastheren, rondt de dag af. Zelfs het kampeertoilet biedt een spectaculair uitzicht. De klimgordel blijft ook 's nachts vastgemaakt. Weer en wind doen de tent trillen – maar Vincent slaapt verrassend goed. De ochtend begint met koffie en een magnifiek uitzicht over de vallei.
Een nacht op de rots is niet voor watjes. Maar wie durft, neemt onvergetelijke beelden en herinneringen mee naar huis. Voor iedereen die het niet erg vindt, blijft de adrenalinestoot van het kijken vanaf de veilige grond.
FOCUS


