Lokale eenheden verminderen het risico op grote branden

De coördinator van de gemeentelijke dienst voor civiele bescherming van Pombal is van mening dat het risico op grote branden wordt verminderd dankzij lokale eenheden voor civiele bescherming (ULPC) en benadrukt het belang van deze teams gedurende het hele jaar.
"Het feit dat ze bestaan, vermindert uiteraard het risico op minstens één grote brand. Ik zeg niet dat ze het risico op brand verminderen, maar ze kunnen het risico op een grote brand drastisch verminderen", vertelde Hugo Gonçalves aan persbureau Lusa.
De ULPC vallen onder de Kaderwet Civiele Bescherming van 2006 en vallen onder het parochiegebied.
De gemeente Pombal, in het district Leiria, telt 13 parochies en 11 ULPC's. Er is een nieuwe in oprichting. Het aantal vrijwilligers bedraagt ongeveer 200.
De werkzaamheden van de ULPC omvatten preventie en beoordeling van risico's en kwetsbaarheden, bewustmaking en voorlichting aan het publiek, en ondersteuning bij incidentmanagement. In de zomer richten hun activiteiten zich op dagelijkse brandbewaking in het gebied.
Volgens de coördinator Civiele Bescherming van Pombal "kan de gemeente in het weekend, wanneer er meer vrijwilligers beschikbaar zijn, meer dan de helft van haar ULPC's actief hebben, wat heel goed is." Hugo Gonçalves merkte op dat een ULPC deze zomer aanvankelijk ingreep bij een kleine brand, en toen de brandweer arriveerde, "waren ze alleen bezig met de laatste opruimwerkzaamheden."
"Het werd opgelost omdat de ULPC slechts enkele meters verderop was. Sommige mensen zagen de rook, vonden het vreemd, gingen kijken en losten meteen een heel klein probleempje op", aldus de brandweerman. Hugo Gonçalves, tevens commandant van de vrijwillige brandweer van Pombal, benadrukte dat "de eerste reactie op dit soort situaties surveillance is."
“Met andere woorden, als ze toevallig toezicht houden en een dergelijke situatie ontdekken, kunnen [de vrijwilligers] als eerste ingrijpen, maar het is niet de rol van de ULPC om de strijd aan te gaan”, zei hij.
In die zin benadrukte hij het belang van het opleiden van vrijwilligers, zodat zij ‘begrijpen wat ze doen’ of de kenmerken van de plek waar ze zijn.
De ULPC's van de gemeente beschikken in totaal over negen lichte voertuigen, uitgerust met een interventiekit met een watertank en gereedschap, en twee zware voertuigen met een grotere watercapaciteit. De vrijwilligers dragen brandvertragende uniformen, inclusief laarzen en helmen, en worden door de gemeente en parochie geïdentificeerd.
"Ook al weten ze dat ze geen brandbestrijdingsoperaties kunnen uitvoeren, toch kan het feit dat ze naar het brandbestrijdingsgebied zijn om ondersteuning te bieden, in sommige situaties vereisen dat ze dat type uniform dragen, ook voor de eerste snelle interventie", legt Hugo Gonçalves uit.
Naast de verzekering krijgen de vrijwilligers ook een opleiding, waarvoor de Gemeentelijke Civiele Bescherming verantwoordelijk is. Daarnaast worden andere Civiele Beschermingsfunctionarissen ingezet indien dit gerechtvaardigd is.
Het werk van deze vrijwilligers stopt niet in de zomer. De coördinator belicht de rol van de ULPC's het hele jaar door, ook in situaties zoals stormen of overstromingen. Het identificeren en communiceren van risico's, van ingestorte muren en aardverschuivingen tot verkeersborden, zijn andere situaties waarin de ULPC kan ingrijpen.
"Ze waarschuwen de gemeentelijke dienst voor civiele bescherming of, indien nodig, de bevoegde agent voor civiele bescherming om de situatie op te lossen", legde de ambtenaar uit. Volgens Hugo Gonçalves maakten de ULPC's in maart, toen storm Martinho toesloeg en schade aanrichtte in de gemeente Pombal, de gemeentelijke wegen vrij en "maakten ze echt een verschil".
"We zeggen vaak dat de ULPC's de rechterarm zijn van de gemeentelijke dienst voor civiele bescherming", aldus hij.
De gemeentelijke coördinator voegde eraan toe dat het “altijd erg belangrijk is om bekendheid te geven aan” het bestaan van ULPC’s, omdat “ze uiteindelijk ook elke vorm van ongepast gedrag van de kant van de bevolking afschrikken.”
observador