VS geeft toe beroep voor immigranten op te schorten

De regering van Donald Trump zegt dat ze "serieus overweegt" om de beroepsrechten van immigranten in de Verenigde Staten die het doelwit zijn van deportatieplannen op te schorten als ze nog steeds op verzet in de rechtbank stuiten.

"De grondwet stelt duidelijk dat de habeas corpus- wet kan worden opgeschort tijdens een invasie", vertelde Stephen Miller, adviseur van het Witte Huis, vrijdag aan verslaggevers.

Habeas corpus is een van de fundamentele beginselen van het Angelsaksische recht. Het garandeert dat iedereen zijn detentie bij de rechter kan aanvechten als hij of zij vindt dat deze willekeurig is. In de Amerikaanse geschiedenis is dit recht zelden opgeschort.

"Het is een optie die we serieus overwegen. Veel zal afhangen van hoe de rechtbanken zich gedragen" in immigratiezaken, voegde Stephen Miller eraan toe.

President Donald Trump heeft de bestrijding van illegale immigratie tot topprioriteit gemaakt. Hij zei dat het land wordt "binnengevallen" door "criminele vreemdelingen" en beloofde massadeportaties van immigranten.

Het deportatieprogramma is echter gedwarsboomd of vertraagd door verschillende gerechtelijke uitspraken ten gunste van de rechten van gedeporteerden. Verschillende federale rechtbanken en beroepshoven, en ook het Hooggerechtshof, hebben de toepassing van de wet op de ‘vreemde vijanden’ uit 1798, die voorheen uitsluitend in oorlogstijd werd gebruikt, al tijdelijk geblokkeerd.

Dit werd in maart door de regering van Trump ingeroepen om Venezolanen naar El Salvador te deporteren, aangezien zij werden geïdentificeerd als leden van een bende die tot ‘terroristische’ organisatie werd verklaard.

Trump beloofde tijdens de campagne miljoenen mensen die illegaal in het land verblijven, te deporteren.

Het Witte Huis heeft donderdag het Amerikaanse Hooggerechtshof verzocht om de wettelijke bescherming van meer dan 500.000 immigranten uit Cuba, Haïti, Nicaragua en Venezuela te beëindigen.

Het spoedberoep dat vrijdag werd ingediend bij het hooggerechtshof van de VS, heeft tot doel een eerdere uitspraak van districtsrechter Indira Talwani op te schorten. Daarmee werd de tijdelijke legale status van immigranten uit die vier landen gehandhaafd en werd hun uitzetting uit het land stopgezet.

De Republikeinse regering is van mening dat het besluit op oneigenlijke wijze inbreuk maakt op de bevoegdheden van het ministerie van Binnenlandse Veiligheid. "De districtsrechtbank heeft een van de belangrijkste immigratiebeleidsbeslissingen van de regering vernietigd", schreef procureur-generaal John Sauer in de brief van het Hooggerechtshof.

De beslissing van districtsrechter Indira Talwani kwam medio april vlak voordat de vergunningen van de immigranten werden ingetrokken, waardoor ze het risico liepen te worden gedeporteerd.

De regering van Trump probeert het beleid van de Democratische president Joe Biden te ontmantelen. Dit beleid creëerde nieuwe manieren voor mensen om legaal in het land te wonen, meestal voor twee jaar met een werkvergunning. Biden heeft vaker dan welke andere president ook gebruikgemaakt van humanitaire vrijlating, een speciale presidentiële bevoegdheid die sinds 1952 bestaat.

Onder de begunstigden bevinden zich meer dan 500.000 Cubanen, Haïtianen, Nicaraguanen en Venezolanen die sinds eind 2022 de Verenigde Staten zijn binnengekomen met een vergunning van twee jaar en een werkvergunning.

Talwani, een rechter uit Boston die werd aangesteld door de voormalige Democratische president Barack Obama, zei dat immigranten die legaal in de Verenigde Staten verblijven op humanitaire basis, nu voor de keuze staan ​​om 'het land te ontvluchten' of te blijven en 'het risico te lopen alles te verliezen'. Volgens de rechter was de uitleg van de regering voor het einde van het humanitaire vrijlatingsprogramma ‘gebaseerd op een onjuiste interpretatie van de wet’.

De zaak is de laatste in een reeks spoedprocedures die de regering-Trump heeft aangespannen bij het Hooggerechtshof. Veel daarvan hebben betrekking op immigratie.