Air France floreert, KLM kwakkelt door uitblijven cao-akkoord

KLM boekte een operationeel verlies van 2 miljoen euro. Air France zelf maakte operationeel een winst van 308 miljoen euro. Daarmee presteerde het Franse onderdeel van de combinatie opnieuw beter dan het Nederlandse.

Aan de omzet bij KLM ligt het niet. Die steeg met bijna 6 procent tot ruim 6,3 miljard euro en bij Air France met 8 procent tot 9,5 miljard. Het probleem wordt gevormd door de kosten. Zo stegen de havengelden op Schiphol in april van dit jaar met 41 procent en de salariskosten met 4 procent.

Salarissen bevriezen lukt niet

KLM wil de kosten graag terugdringen, onder meer door met het personeel afspraken te maken over nieuwe cao's die de salarissen bevriezen. Maar de directie slaagt er maar niet in om daarover afspraken te maken met de tien bij KLM betrokken vakbonden.

Ondanks deze 'tegenwind' blijft het doel van KLM om de winstgevendheid op jaarbasis met 450 miljoen euro te verbeteren, zo klonk het vandaag afgemeten vanuit Parijs, waar moedermaatschappij Air France-KLM zetelt. Maar zicht op cao-akkoorden, dat is er niet.

Aan de inkomstenkant had KLM last van incidentele tegenvallers. Nederland organiseerde in juni van dit jaar een NAVO-top in Den Haag, waardoor luchthaven Schiphol minder reguliere vluchten af kon handelen dan anders, dus ook minder vluchten van KLM. Daarnaast hield KLM in mei noodgedwongen 7 toestellen aan de grond wegens technische problemen.

Schade door NAVO-top

In een toelichting op de halfjaarcijfers liet KLM weten te onderzoeken welke schade het 'precies' geleden heeft van de NAVO-top, omdat deze mogelijk verhaald kan worden op de Nederlandse overheid. Die zei eerder open te staan voor het compenseren van schade die ondernemers door de top zouden leiden.

Welke schade dit in het geval van KLM dan precies betreft, is niet helemaal duidelijk. Eerder was er sprake van dat KLM door de NAVO-top 600 vluchten moest schrappen. Maar het zou die vluchten op een later moment in de zomer alsnog uit kunnen voeren. En dan is de vraag hoe door de top überhaupt schade is ontstaan.