De Senaat zal de behandeling van door het Congres naar hem toegestuurde wetten opnieuw vertragen.

De Volkspartij (PP) maakte gebruik van haar absolute meerderheid in de Senaat om woensdag de hervorming van het Reglement van Orde van de Senaat definitief goed te keuren. Daarmee werden diverse artikelen gewijzigd, waaronder Artikel 133. Tot nu toe was dit artikel bepalend voor de eis dat de Senaat wetsvoorstellen die door het Congres waren ingediend, moet behandelen volgens de door de Senaat vastgestelde procedure.
Dus als een wet door het Congres met spoed werd ingediend, moest de Senaat deze op dezelfde manier behandelen. Dit veranderde gisteren opnieuw dankzij de absolute meerderheid van de Partido Popular, die de Senaat in staat stelt de verwerkingstijd in eigen hand te nemen en naar wens te vertragen. Het initiatief van de PP zou bijvoorbeeld nuttig kunnen zijn om een rem te zetten op het wetgevingspakket ter hervorming van het rechtssysteem, waar de PP en een groot deel van de rechterlijke macht tegen zijn.
De PSOE is van mening dat een van de doelstellingen van deze maatregel is om het debat over de hervorming van het justitieel systeem te vertragen.In werkelijkheid is dit een nieuwe wending ten opzichte van een maatregel die de Senaat een jaar geleden met een absolute meerderheid van de Volkspartij (PP) probeerde door te voeren tijdens het lopende debat over de amnestiewet, en die het Constitutionele Hof dwong te corrigeren.
De Senaat heeft de formule nu gewijzigd naar aanleiding van de uitspraak van het Constitutionele Hof en stelt voor dat het Bureau van de Senaat, indien nodig, de nodige achtergrondinformatie kan opvragen om te bepalen of de redenen voor de toepassing van de spoedprocedure aanwezig zijn. Met andere woorden, de Senaat is weer op het goede spoor. De PSOE heeft al aangekondigd dat zij in beroep zal gaan bij het Constitutionele Hof, dat de verzoeken van de Senaat waarschijnlijk opnieuw zal verwerpen. Maar in de tussentijd zullen er enkele maanden zijn verstreken en zullen sommige wetten ongetwijfeld lang in het ongewisse zijn gebleven.
Tijdens de plenaire vergadering van gisteren heeft de Senaat ook een andere wijziging van de regelgeving goedgekeurd, die de president van de regering verplicht om ten minste eenmaal per maand de toezichtsvergaderingen van de Senaat bij te wonen. Artikel 146 wordt daartoe gewijzigd.
Sánchez is al 15 maanden niet meer in deze sessies verschenen. De laatste keer was op 12 maart 2024. Sindsdien is er meer dan een jaar verstreken, waarin Sánchez de afwezigheid van de deelnemers aangaf vanwege de planning.
De tot gisteren geldende Senaatsregeling vereiste niet dat de premier voor de Senaat zou verschijnen. Vanaf nu moet hij eens in de dertig dagen verschijnen, zoals ook ministers verplicht zijn.
Dinsdag dienden de socialisten een motie tot heroverweging in bij de Senaatsraad, in een poging de hervorming van het Reglement te vertragen. Uiteindelijk besloot de Senaat echter om door te gaan met het proces.
Veel van de groeperingen – PNV, Junts en Bildu, maar ook de PSOE – protesteerden ook tegen de manier waarop de hervorming in de Senaatscommissie was besproken.
De botsing tussen de twee kamers, het Congres en de Senaat, in deze wetgevende zitting kent weinig precedenten.
lavanguardia