Trumps tarieven voor Europa: wat gebeurt er met de Italiaanse economie? Export naar de VS ter waarde van 65 miljard dollar staat op het spel.

De handelsoorlog

De veelvoorkomende misvatting, zelfs in politieke kringen, is dat de door Trump opgelegde Amerikaanse tarieven Italië bijzonder hard zullen treffen in de voedings- en modesector. In werkelijkheid wijzen de harde cijfers anders uit.
De intimiderende actie van Donald Trump , die zaterdag in een brief aan de voorzitter van de Europese Commissie , Ursula von der Leyen, aankondigde dat de Amerikaanse douane vanaf 1 augustus 30 procent belasting gaat heffen op goederen in de EU, kwam voor Europese leiders en anderen als een verrassing.
Italië, dat had gehoopt op een voorkeursbehandeling vanwege de vermeende "speciale relatie" van Giorgia Meloni met president Trump, ziet de nabije toekomst in werkelijkheid als een ramp voor zijn bedrijven: in 2024 was bijna 48% van de Italiaanse export bestemd voor landen buiten Europa, met de Verenigde Staten als de belangrijkste afzetmarkt voor onze producten, met een goederenexport ter waarde van bijna € 65 miljard en een handelsoverschot van ruim € 38 miljard.
Zoals gezegd zijn het niet de beroemde luxegoederen en agrovoeding die de boventoon voeren. De sectoren die de Italiaanse export naar de Verenigde Staten stimuleren – de sectoren die het grootste risico lopen gezien de invoerrechten van 30 procent die sinds augustus van kracht zijn, tenzij er de komende weken afspraken worden gemaakt tussen het Witte Huis en Brussel – zijn industriële machines (€ 12,8 miljard aan export), gevolgd door farmaceutica en chemie (€ 10 miljard), de automobielindustrie (€ 7,9 miljard vóór de invoerrechten van 25 procent), en pas daarna agrovoeding (€ 7,8 miljard) en kleding (€ 5,5 miljard).
Uit een dossier van het onderzoekscentrum Confindustria blijkt dat, op basis van drie criteria voor kwetsbaarheid (blootstelling aan de Amerikaanse markt, een 'buitensporig' handelsoverschot en strategisch belang voor Washington), de chemische en farmaceutische sector het grootste risico loopt door de door Trump opgelegde tarieven, gevolgd door de automobielindustrie, de machinebouw en de landbouw- en levensmiddelenindustrie.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat, terwijl Palazzo Chigi oproept tot voorzichtigheid in de betrekkingen tussen de EU en de VS, in de hoop dat er geen "agressieve manoeuvres" zullen plaatsvinden, vergetend dat Trump zelf de eerste was die een pistool op hun hoofd richtte, verenigingen en federaties die Italiaanse bedrijven vertegenwoordigen, hun grote bezorgdheid uiten over de gevolgen van de handelsoorlog. De in Mestre gevestigde CGIA (Italiaanse Confederatie van Italiaanse Wijnen) heeft gewaarschuwd voor een exportdaling van € 35 miljard , wat Coldiretti een "doodsteek van meer dan € 2,3 miljard voor Made in Italy" noemt, terwijl Farmindustria de schade voor de farmaceutische sector op meer dan € 4 miljard schat. De voorzitter van de Italiaanse Wijnunie , Lamberto Frescobaldi, waarschuwt dat een tarief van 30% "bijna een embargo zou zijn voor 80% van de Italiaanse wijn", omdat het te duur zou zijn en daarmee de export naar de VS zou wegvagen.
l'Unità