Te duur: Shell stopt bouw biobrandstoffenfabriek in Rotterdam

Klimaatbescherming is geen haalbare optie in tijden van crisis en oorlog. Zoals de afwijzing van Shell aantoont, geldt dit met name voor de grootschalige productie van duurzame alternatieve brandstoffen.
Slechts enkele jaren geleden was de Britse energiegigant Shell van plan een grote stap te zetten in de productie van duurzame alternatieve brandstoffen (SAF). Het oliebedrijf was in 2021 al begonnen met de bouw van de fabriek in Rotterdam, die in 2024 operationeel zou zijn. Er zou tot 820.000 ton biobrandstof uit olie- en vetafval worden geproduceerd. De ingebruikname, gepland voor april 2024, werd echter uitgesteld en uiteindelijk geannuleerd. Nu heeft het bedrijf het project volledig afgeblazen.
Probleem AandeelhouderswaardeMachteld de Haan, President Downstream, Renewables and Energy Solutions van Shell, legt de redenen uit voor het stopzetten van de biobrandstofproductie: "Bij het beoordelen van de marktdynamiek en de kosten voor de voltooiing werd duidelijk dat het project niet concurrerend genoeg zou zijn om te voldoen aan de behoefte van onze klanten aan betaalbare, koolstofarme producten. Dit was een moeilijke maar juiste beslissing, aangezien we prioriteit geven aan het investeren van ons kapitaal in projecten die zowel voldoen aan de behoeften van onze klanten als waarde toevoegen voor onze aandeelhouders." Kortom, de productie van SAF zou te duur zijn geweest en onvoldoende "toegevoegde waarde" voor de aandeelhouders hebben opgeleverd.
De sluiting van de SAF-raffinaderij in Rotterdam is niet de eerste tegenslag in Shells inspanningen om te investeren in duurzame vliegtuigbrandstoffen. Volgens The Guardian heeft het bedrijf de productie van duurzame vliegtuigbrandstof (SAF) op Bukom Island (Singapore) al in maart 2023 stopgezet. Desondanks benadrukt Shell dat het betrokken zal blijven bij tal van energietransitieprojecten in Nederland. Denk hierbij aan CO2-opslag via het CCS-project Porthos, de ontwikkeling van hernieuwbare waterstof op Holland Hydrogen 1 en de installatie van nieuwe ovens en de elektrificatie van belangrijke productieprocessen op Shell Chemicals Park Moerdijk. Bovendien was het energiebedrijf in 2024 een van 's werelds grootste handelaren en leveranciers van duurzame vliegtuigbrandstof – zij het niet als producent – met een aandeel van bijna 20 procent in de totale omzet in Noord-Amerika en Europa.
SchaalprobleemDe stopzetting van de biobrandstofproductie door Shell is voor de Duitse Luchtvaartbond (BDL) reden om politici op te roepen om kostenintensieve grootschalige SAF-projecten te ondersteunen. Dr. Joachim Lang, algemeen directeur van de BDL, stelde: "Het is niet voldoende om simpelweg quota voor duurzame brandstoffen vast te stellen zonder de opschaling van SAF adequaat te ondersteunen." Dit betekent dat de tijd van uitsluitend financiering van onderzoek en pilotprojecten voorbij is; de focus ligt nu op opschaling en productie op industriële schaal. In Duitsland pleit de vereniging ervoor om hiervoor voldoende financiering uit het Klimaat- en Transformatiefonds (KTF) beschikbaar te stellen. Dit zou op EU-niveau ondersteund moeten worden door een uitgebreid SAF-financieringsprogramma.
(uw)
Dit zou u ook kunnen interesseren:Duurzaamheid: welke luchtvaartmaatschappij maakt het meest gebruik van SAF?
Greenpeace-prijsonderzoek: Vliegen blijft goedkoper dan treinreizen
Verdubbeling van het aantal passagiers: goed voor de zaken, slecht voor het klimaat
businesstraveller