En nog een laatste glas terwijl je ligt

Wat ooit een kapperszaak was, is nu een bar: in München opent er elke paar weken een nieuwe – een ruimte met houten lambrisering, een paar statafels, een halve liter voor 3,90 euro (in plaats van 5,90 euro). In de kranten schrijven ze over een trend, en als niet meer zo jong persoon denk je: En ze hebben weer niets nieuws bedacht. Want de stabar is natuurlijk niet anders dan Heino: het concept is eeuwenoud, maar met een paar marketingtrucs kun je er toch nog veel uithalen.
Maar waarom drinken zoveel mensen staand hun bier? Is het vanwege de lage prijs? De ongedwongen, gezellige sfeer? Of spelen gezondheidsaspecten een rol, omdat tegenwoordig op elk tweede kantoor een sta-bureau of een in hoogte verstelbaar bureau staat? Ik sluit niet uit dat iemand ermee is begonnen en dat anderen het hebben gekopieerd. Dit is herhaaldelijk gebeurd in de menselijke geschiedenis. Hoe anders kunnen we de triomfantelijke comeback van de tennissok verklaren?
Nou, ik houd er echt niet van om te staan. Het zal wel met mijn luiheid te maken hebben, of misschien is het gewoon gemakzucht. Hoe dan ook, ik vind het zitten veel comfortabeler en daarom zijn mijn broeken aan de achterkant altijd vies. Ik zit namelijk de hele tijd op stoepranden en motorkappen van auto's om niet stil te hoeven staan. Het is echt waar, als ik twee minuten sta, voelt mijn lichaam aan als een honingkleurig beeldhouwwerk. Alles wordt in een horizontale positie gedwongen. Bovendien heb ik verschrikkelijke pijn in mijn rug en soms laat mijn bloedsomloop me in de steek. Als klein jongetje kreeg ik regelmatig last van een inzinking tijdens de zondagse kerkdienst; Gelukkig zijn de Duitsers tegenwoordig zo goddeloos dat ik altijd wel een zitplaats krijg, zelfs op Paasavond.
Ik droom al lang van een bar waar je kunt liggen, een beetje zoals op een Romeins banket, met eetbanken in de vorm van een hoefijzer. Ik leunde op mijn elleboog, nam af en toe een slokje, kletste wat en tussendoor waren er acrobatische toeren waarbij je even kon wegdommelen. Wat ooit slaven deden, zou nu door robots aangestuurd door AI kunnen worden overgenomen: drankjes bijvullen, met palmbladeren zwaaien en stil zijn. Als er zo'n bar zou bestaan, zou ik er vaste klant zijn, want thuis doe ik bijna alles liggend: niet alleen televisiekijken en lezen, maar ook schrijven, telefoneren, nadenken, naar muziek luisteren en soms zelfs eten en drinken. Soms loop ik mijn studeerkamer binnen en ben ik verbaasd dat daar een studeerkamer is.
En natuurlijk vindt u dat misschien decadent, maar ik wil u eraan herinneren dat misschien wel de belangrijkste roman uit de menselijke geschiedenis werd geschreven terwijl u lag: Op zoek naar de verloren tijd van Marcel Proust. Geplaagd door astma-aanvallen bracht hij de laatste 18 jaar van zijn leven grotendeels liggend door in een zeskamerappartement aan de Boulevard Haussmann in Parijs, in een slaapkamer die bekleed was met ruwe kurkpanelen om zichzelf te beschermen tegen lawaai. Voor zover wij weten, schreef Proust uitsluitend 's nachts en gebruikte hij nooit een bureau. "Vijftien jaar lang heb ik liggend geleefd", schreef de Franse schrijver in een van zijn talloze brieven in 1919, waarna hij nog drie jaar leefde alvorens op 51-jarige leeftijd te sterven. De roman telt meer dan 4000 bladzijden. Het lezen ervan duurt drie dagen, drie uur en 46 minuten – een gigantisch werk waar je je hele leven mee bezig kunt zijn. En wat ik eigenlijk wilde zeggen: Dat hele sta-bar gedoe, dat is niks voor mij.
süeddeutsche