Klaus Doldinger: de muzikant die de Duitse jazz vormgaf

Dankzij het themanummer "Tatort" was Klaus Doldinger een van Duitslands beroemdste jazzmuzikanten. Hij blonk uit in het omarmen van verschillende stijlen. Hij overleed afgelopen donderdag op 89-jarige leeftijd.
Stefan Hentz
Een veelzeggende promotiefoto: een voorname oudere heer met een bril, zijn hoofd achterovergebogen, nonchalant en breed uitgemeten op een sneeuwwitte bank. De man was gekleed in elegant zwart, met een tenorsaxofoon naast zich – onopgemerkt maar demonstratief klaar om te spelen.
NZZ.ch vereist JavaScript voor belangrijke functies. Uw browser of advertentieblokkering blokkeert dit momenteel.
Pas de instellingen aan.
Klaus Doldinger, tenorsaxofonist, bandleider en filmcomponist, had alle recht om te ontspannen. Zoals weinig andere Europese muzikanten kon hij terugkijken op de prestatie om zijn liefde voor jazz voortdurend in evenwicht te brengen met de veranderende tijdsgeest. Daarmee weerlegde hij tevens het cliché dat jazz en succes elkaar uitsluiten.
Klaus Doldinger, geboren op 12 mei 1936 in Berlijn, was de zoon van een hoge ambtenaar die, na een periode in de bezette delen van de Sovjet-Unie, Wenen en Beieren, uiteindelijk in Düsseldorf belandde. De zoon leerde piano en klarinet spelen aan het conservatorium aldaar – klassiek uiteraard; al het andere was zijn ouders een doorn in het oog.
Begin met DixielandIn Beieren was de jongen echter al in aanraking gekomen met Amerikaanse soldaten en de swingmuziek die ze luisterden en speelden. Deze muziek sprak hem meteen aan. En terwijl jazz voor veel jongeren enkele jaren na het einde van het nazitijdperk nog een belofte uit een verre wereld was, probeerde Klaus Doldinger zelf deze muziek te doorgronden.
Hij was amper 18 toen hij zijn eerste successen vierde als klarinettist en saxofonist in de dixielandband The Feetwarmer, die later uitgroeide tot een van Duitslands toonaangevende jazzbands. Met zijn briljante techniek, melodieuze vindingrijkheid en talent voor boeiende frases groeide Doldinger, het jongste lid van de groep, uit tot de ster van de band.
Voor Doldinger was jazz muziek die zelfverwezenlijking uitstraalde. Zijn enthousiasme bleek de doorslaggevende factor. Hij maakte zijn eerste opnames op 19-jarige leeftijd, studeerde twee jaar later af van de middelbare school en studeerde musicologie en geluidstechniek. Rond dezelfde tijd richtte de Oscar Peterson-fan zijn eerste band op: Oscar's Trio.
Langzaam sijpelde de moderne jazz ook door naar de Oude Wereld en opnieuw luisterde Doldinger aandachtig: terwijl de complexe harmonieën van de cool jazz hem nogal koud lieten, fascineerde de groovende hardbop met Hammond-orgel en een flinke dosis soul hem des te meer.
Beetje bij beetje groeide hij uit tot een ster van de jonge Duitse jazzscene. En niet alleen dat: in de beginjaren van de Duitse muziekindustrie, die langzaam besefte dat klassieke muziek en Duitse popmuziek op den duur te dun dreigden te worden, was de pragmatische Doldinger, die geïnteresseerd was in moderne geluidstechnologie, ook nuttig als producer. Hij stond ook paraat wanneer er snel een compositie geschreven moest worden of muziek met stilistische zekerheid gearrangeerd en opgenomen moest worden.
Doldinger had het allemaal. Onder een pseudoniem en vermomd met een bizarre, borstelige pruik gaf hij de nieuwe Duitse rock een muzikale ruggengraat en vestigde hij zich als een man voor alle gelegenheden. Tegelijkertijd benutte hij de open kanalen naar de snelgroeiende muziekindustrie om zijn aanwezigheid als jazzmuzikant te behouden – of het nu ging om aangename bossa nova of om de meeslepende jazz "made in Germany" te verkondigen, die hij met zijn kwartet bracht.
Door de diversiteit van zijn muzikale interesses ontwikkelde Doldinger een voorliefde voor rockgeluiden, de kracht van versterkers en distortionpedalen, en de kinetische energie van donderende grooves, wat hem goed van pas zou komen toen hij al snel ambitieuzere opdrachten voor film- en televisieproducties kreeg. Composities zoals de titeltrack van "Tatort" en de soundtracks van "Das Boot" en "The Neverending Story" zorgden voor een gestage stroom aan royalty's.
Toen Klaus Doldinger in 1971 de jazzrockband Passport oprichtte, had hij een breed repertoire ontwikkeld, waaronder jazz, R&B, bossanova en pop, en had hij een aantal nieuwe mogelijkheden gecreëerd. Het was hem duidelijk geworden dat hij afscheid wilde nemen van de zware nachtdienst in de Europese jazzclubs.
Europese jazzrockMiles Davis had de weg gebaand: met "Bitches Brew" had de Amerikaanse trompettist de kloof tussen rock en jazz overbrugd. In Duitsland was het aan Klaus Doldingers Passport om jazz- en rockgrooves naar een nieuw niveau te tillen met leentjes uit elektronische en minimal music, en met echo's van Marokkaanse en Braziliaanse folklore.
Als eerste Europese band die een contract tekende bij het gerenommeerde Atlantic label, kreeg Passport de nodige steun om de sprong naar grotere podia te maken. Door talloze bezettingswisselingen en stijlveranderingen wist Passport meer dan vijf decennia lang koers te houden en niet alleen in Europa, maar ook in de VS succes te boeken.
En zo is het gebleven. Met zo'n veertig cd-releases loodste Doldinger Passport naar rustiger vaarwater, waar de band bevrijd werd van alle beperkingen die het verdienen van een inkomen met zich meebracht. Klaus Doldinger overleed donderdag op 89-jarige leeftijd. Hij zou vredig zijn heengegaan, omringd door zijn familie.
nzz.ch